Column: Een passend 2014!
23 januari 2014 | René van Daelen | 0 reactie(s)
Artikelen uit de scholen | Scholen
Een passend 2014!

De Kerstman heeft met het schaamrood op zijn bleke wangen zijn slee weer richting Noordpool gedirigeerd; blij dat al te veel protesten over zijn blankheid hem dit jaar bespaard zijn gebleven in ons kikkerlandje. Zijn eveneens stokoude december-voorganger werd het vuur na aan de broze schenen gelegd over zijn donkere metgezellen en de goedheilig man zou serieus overwegen volgend jaar niet meer als verdwaalde vreemdeling hier aan de deur te kloppen. Hij krijgt een bepaald wijsje niet meer uit zijn hoofd “Zou de Goede Sint wel komen nu men het niet meer zo passend vindt.” En dat is dan een vorm van een ‘bovenwijsje’, maar ook in het onderwijs wringt de schoen, met wortel en al.
Nu alle amuses weer verorberd zijn en alle bedjes met liflafjes eenzelfde weg hebben afgelegd (believe me; I’m not amused en wat is er trouwens mis met de goede oude Febo-kroket op een bedje van karton?) maken wij ons op voor het Passend Onderwijs. Om in de kerstdinersfeer te blijven: onderwijsgevend Nederland voelt zich al vele jaren lang als die arme ganzen, die ter ere van de Foie Gras al dat eten letterlijk door hun strot geduwd krijgen. Alleen is het bij ons geen eten, maar een tsunami van veranderingen. De dagelijkse werkelijkheid waait met alle politieke winden mee en elk nieuw ministertje wil zijn/haar plakplaatje verdienen voor een doorgeduwde ‘vernieuwing’. En of wij maar wllen slikken.
Ook de huidige staatssecretais, Sander Dekker, verschijnt in navolging van Dijsselbloem c.s. graag met zijn o zo energieke uitstraling met passend kek brilletje bij P&W, DWDD en alles wat er verder onder de journalistieke paraplu past. Geen benul van wat er op de werkvloer (de wat?!) gebeurt (daar heb je immers ambtenaren voor, die vanachter hun bureautjes de zaak op afstand denken aan te sturen), maar wel een theoretisch passend antwoord op alles wat hen vanuit het veld voor de voeten wordt geworpen. En samen met Bussemaker geeft hij hem van Jetje (ja, sorry, sommige inkoppers kun je niet laten schieten.....).
De rugzakjes werden onbetaalbaar, zo werd hen ingefluisterd door de ambtenaar onder hun bureau en het was tijd voor passend onderwijs. En verdomd, als je vanuit dat ivoren torentje naar beneden kijkt, zou je zeggen: dat past precies.
Dat het voetvolk massaal naar boven roept dat het niet werkt, verwaait op zo’n hoogte nogal makkelijk in de wind, evenals de mogelijke antwoorden. The answer my friend, is blowing in the wind.
Zo ken ik een onderwijzeres met een klas van 27 leerlingen en daaronder een jongen met het syndroom van down. Een schat van een kind, maar tijdens uitleg en werkstilte produceert hij nogal wat bijgeluiden. Dat schijnt niet echt bij te dragen aan een optimale werksfeer. En dat is op zich nog te overleven; lesgevers zijn een bevleugeld en hardwerkend volkje, dat tegen alle stromingen in de rug kromt en er tegenaan gaat. Nee, het is de administratieve stortvloed waarin zij kopje onder gaan; alles moet minitieus gerapporteerd, geadministreerd en gedocumenteerd worden en dat slaat de laatste adem uit de protesten en vooral uit de reserves. Die ‘papieren’ tijger is het zwarte gat waarin alle energie, bevlogenheid en werkplezier weggezogen wordt.
Two down, zou ik zeggen.
Het is ook de reden waarom (veelal mannelijke) studenten het onderwijs de rug toe keren. En uiteindelijk gebeurt er niets met die data-Moloch, maar theoretisch is het een sluitend systeem.
En heeft een kind met het Down-syndroom dan geen recht op goed onderwijs? Natuurlijk wel, maar dat moet dan juist in een omgeving zijn die bij hem past en vice versa, waarin een leerkracht/begeleider alle zorg en aandacht kan geven die hem toekomt.
Dat voelt een kind op zijn spreekwoordelijke klompjes aan. Zoniet de wereldvreemde ambtenaartjes op het ministerie, die op ongepaste wijze het onderwijs in Nederland te grabbel hebben gegooid. Af en toe een fopspeentje of de verdeel en heers-bom van de functiewaardering en de zaak is gepiept.
Ik word er soms een beetje onpasselijk van en af en toe denk ik: ik pas!
Maar nee, het geeft geen pas om zo het nieuwe jaar in te gaan. Ik wens jullie en mijzelf liever heel gepast een precies passend 2014 en hoop dat ze in de paskamer van het kabinet dit jaar eindelijk eens een spiegel hangen.
Proost!