Integriteitscode in de praktijk; wat vind jij?

Door Maria Michels, rector De Nieuwste School in Tilburg 

Casus: 'Een docent neemt zijn leerlingen mee voor een bezoek aan een katholieke kerk. Dit bezoek is onderdeel van het curriculum en behalve een bezoek aan een kerk is er ook een bezoek aan een moskee en een synagoge gepland. Een ouder weigert haar kind mee te laten doen aan dit bezoek.'

Opvattingen over ‘een goed mens’ en ‘goed leven’ kunnen en mogen verschillen en vanuit verschillende bronnen komen. In het document ‘Zingeving en goed onderwijs’ (juni 2013) omschrijft OMO hoe uit ons gedrag blijkt dat we werk maken van een goed mens en goed leven. Veel scholen onderstrepen deze identiteit en staan open voor iedereen die er wil komen leren. We leren leerlingen respect te hebben voor elkaars mening en overtuiging en laten dat ook in ons eigen gedrag zien.
Zo wordt er veel aandacht besteed aan de overeenkomsten en de verschillen tussen mensen. We leren leerlingen open te staan voor verscheidenheid van meningen en gedragsvormen. Goed onderwijs is onderwijs waarbij aandacht wordt geschonken aan alle aspecten die belangrijk zijn om jonge mensen voor te bereiden om als goed mens deel te nemen aan de maatschappij.
Met dit in gedachte heb ik deelgenomen aan de discussie rondom bovenstaande casus die door een collega werd ingebracht.

Het lijkt me normaal en ook toe te juichen dat een school aandacht besteedt aan instituten zoals een kerk, moskee enz. Het draagt bij aan begrip voor en kennis van andere godsdiensten. Dit is erg belangrijk in onze multireligieuze samenleving waar behoefte is aan verbinding en respect. Als daar een bezoek gebracht wordt in het kader van opleiding en voorlichting denk ik dat ouders daar geen bezwaar tegen kunnen maken. Dat heeft niets te maken met het zelf behoren tot een bepaalde geloofsinrichting. Een school heeft m.i. als taak de leerlingen een zo breed mogelijk onderwijsprogramma mee te geven. Daar hoort kennis bij van andere culturen, religies, stromingen, kunsten etc. Wil je respect hebben voor elkaar en elkaar kunnen accepteren dan moet je elkaar ook kúnnen begrijpen.

Opvattingen over ‘een goed mens’ en ‘goed leven’ kunnen en mogen verschillen en vanuit verschillende bronnen komen. Het is aan de school (én de ouders) om de kinderen te leren welke bronnen dat zijn.

Meer informatie